Van onze matroos o.g. — William W. — ontvingen wij het onderstaande bericht:
Op zaterdag 27 april zou de Pinck via IJmuiden vertrekken naar Katwijk aan Zee om daar met Koninginnedag in de jachthaven te verblijven. Deze zaterdag was tevens KNRM dag. ’s Morgens om 07.00 uur werd de Pinck te water gelaten om tijdens deze dag nog enig vlagvertoon te geven voor de reddingboot “Adriaan Hendrik,” die regelmatig met donateurs en nieuwe leden een stukje zee op zou gaan.
Ondergetekende zou de overtocht naar IJmuiden mogen meevaren.
Afhankelijk van het weer zou worden bekeken hoe laat het vertrek plaats zou vinden. Leo en ik zouden in ieder geval om 13.00 uur aan boord gaan, waarbij twee andere mannen afgelost zouden worden. We hadden gehoopt mee te kunnen varen met de “Adriaan Hendrik” die ons dan mooi zou kunnen overzetten aan boord van de Pinck, maar helaas wegens de golfslag vond men dit niet verantwoord. Er zat niets anders op dan met het bijbootje, de “Jan van Claes” naar de Pinck te roeien. Hierbij zaten Jan en Hans aan de riemen, waaraan zij een zware dobber hadden om door de branding te komen. Aan boord gekomen stapten er twee man af en met zes man dachten wij te kunnen vertrekken. Ons werd echter gevraagd om nog een uurtje te wachten. Er stond iets te gebeuren voor de 6-jarige Storm Bruin uit Groningen. Deze jongen lijdt aan een ernstige ziekte.
Om hem door de pittige chemokuren heen te slepen heeft men Storm in een piratenverhaal neergezet. Hij is het maatje van kapitein Zonderhaar, die in Schotland een schat heeft gevonden, maar daarbij wordt belaagd door kapitein Slapzwaard, waardoor hij de schat niet kon openmaken. Op de terugweg naar Nederland wordt Zonderhaar achtervolgd door Slapzwaard en stuurt de sleutel naar Storm om te bewaren. Op deze middag zou Storm in Egmond de sleutel vanaf de “Adriaan Hendrik” weer overhandigen aan Zonderhaar, die op de Pinck zou zitten.
Door de snelle rubberboot van de KNRM werd een tasje aan boord gebracht, waarin het scenario en wat piratenkleding. Henk Hansler werd uitgeroepen tot kapitein Slapzwaard en kon zich in een piratenpak hijsen, evenals Jochem de Groot. De rest van de bemanning had in elk geval een ooglap.
Om 14.30 uur kwam de “Adriaan Hendrik” vlakbij en Storm vroeg naar de geheime code als toegang naar de sleutel. Henk gaf het juiste antwoord.
Storm vertrouwde het echter niet en hij had gelijk. Tijdens het vervaarlijke zwaaien met het slappe zwaard brak deze zelfs. Dit was dus niet Zonderhaar. Slapzwaard wilde wel dolgraag de sleutel van de schat en wij begonnen te roepen: “Wij willen de sleutel.” Storm was echter voor geen kleintje vervaard en riep dat wij moesten maken dat wij wegkwamen. Wij zagen nu in dat we die sleutel niet zouden krijgen en wendden de steven om met bollend zeil voor de wind onze reis richting IJmuiden te aanvaarden.
De volgende morgen zou de Pinck naar Katwijk vertrekken.
Wij hopen en weten inmiddels dat Storm een geweldige middag heeft gehad.
Het ga je goed Storm en namens iedereen van de Pinck sterkte met de chemokuren en ontzettend veel beterschap.
William W.
